Als de wereld rond 2020 meer dan 20 miljard ‘dingen’ kent die via het wereldwijde web met elkaar zijn verbonden (1), kunnen we met recht zeggen dat we richting een live economy gaan. Een economie die nog altijd deels afhankelijk zal zijn van de acties van mensen, maar voor een groeiend deel bepaald wordt door de interacties binnen het Internet of Things. We maken plaats voor een live speelveld en stapje voor stapje gaan we richting een techno-systeem, een economisch systeem dat volledig gedigitaliseerd is en ‘gerund’ wordt door technologie. De digitalisering van de wereld om ons heen heeft - nu en in de toekomst - onvermijdelijk implicaties voor belangrijke sectoren als economie, politiek, onderwijs en gezondheidszorg. Het biedt ruimte voor nieuwe oplossingen, meer balans, betere besluitvorming, meer creativiteit. Een bescheiden verkenning.
Er is een branche waar de digitalisering al heel vroeg zorgde voor grote veranderingen in het systeem, de manier van werken en de resultaten: de financiële sector. De zgn. ‘ticker tapes’ van de New York Stock Exchange - tussen 1870 en 1970 gebruikt om beursinformatie te verzenden via telegraaflijnen - vormden het vroegste digitale communicatiemedium. Informatie op basis waarvan belangrijke handelsbeslissingen werden genomen, werd hiermee voor het eerst digitaal verstuurd. Inmiddels verwerkt de NYSE meer dan 3,6 mln. transacties per dag, zijn de ticker tapes vervangen door supersnelle computerverbindingen en worden aan- en verkoopbeslissingen genomen op basis van algoritmes en niet meer op het gut feeling van de beurshandelaar.
1. Toonaangevend adviesbureau voor informatietechnologie Gartner voorspelde dat in 2017 wereldwijd 8,4 miljard internet-geconnecteerde apparaten in gebruik zouden zijn. Volgens Gartner zal dat cijfer tegen 2020 de 20,4 miljard bereiken.
Op weg naar het techno-systeem
Vanuit mijn overtuiging dat andere grote sectoren in de samenleving een soortgelijke ontwikkeling (gaan) doormaken op weg naar totale digitalisering, vroeg ik Han Mesters, economisch historicus en sector banker bij ABN AMRO, hoe het ná die belangrijke eerste stappen in zijn branche verder is gegaan op het gebied van digitalisering. Samengevat noemde Mesters de volgende ‘mijlpalen’:
1. De ticker tape stond aan het begin van de digitale informatiestroom. Het tempo waarmee de informatie zich kon verspreiden, werd nog volledig bepaald door de fysieke capaciteit om cijfers in te tikken en de snelheid van het telegraaf- apparaat.
2. Geautomatiseerde orderopgaves begonnen het tij te keren, algoritmes bepaalden meer en meer wanneer er gekocht en verkocht wordt.
3. Vervolgens zagen we het wegvallen van de mens (de hoekman) bij samenbrengen vraag en aanbod door volledig geautomatiseerde executie.
4. Discount brokers voeren orders uit tegen lage kosten.
5. Sterke opkomst van passief beleggen door i shares (index trackers) en ETF's.
Ik heb deze zes stappen verder vereenvoudigd om ze toepasbaar te maken op andere branches. Dan zie je de volgende lijn:
1. De mens in volledig in controle.
2. De mens begint controle te verliezen/over te dragen.
3. De technologie bepaalt steeds meer.
4. De technologie zorgt voor (meer efficiency en) verlaging van de kostprijs van producten/diensten.
5. De computer doet al het werk.
O ja - blockchain!
Voor ik in dit artikel verken wat de ontwikkeling naar een techno-systeem, gevoed door het Internet of Things, mogelijk gaat betekenen voor economie, politiek, onderwijs en gezondheidszorg in ons land, even iets over een derde onmisbaar ingrediënt voor een levensvatbare live economy: dat wat we vandaag de dag blockchain noemen. Blockchaintechnologie verandert het paradigma van centraal gecontroleerde netwerken fundamenteel in een gedistribueerd netwerk: de motor van een techno-systeem. Met blockchain is er geen eigenaar meer die controle heeft op het hele systeem, maar wordt een technologische basis gelegd die volgens afgesproken regels opereert. Regels die - naar verwachting - deels door de politiek en deels door de markt zelf worden bepaald.
ECONOMIE: delen om balans te vinden
Het mag geen verrassing zijn dat we ons midden in een economische transitie bevinden. Oude modellen waar de drang naar groei overheerst, staan ter discussie. Het pleidooi voor circulariteit en een circulaire economie krijgt steeds meer voedingsbodem. Kate Raworth is een van de economen die er (net als ik) van overtuigd is dat ondernemingen niet langer moeten focussen op geld en groei. In een boeiende aflevering van Tegenlicht legt zij uit hoe haar Donut-model werkt. Onze economische activiteiten moeten volgens dit model - ook als het beter gaat met de economie - niet uit de bocht vliegen, maar groeien binnen grenzen, in een ideale cirkel. Als we in het gat van de donut terechtkomen, is er armoede en tekort. Als we buiten de donut komen, is er overschot en putten we de wereld uit. In het eetbare stuk van de donut, dáár moeten we zijn.
Ik deel Raworths’ mening en denk dat we de perceptie van begrippen als groei en succes moeten aanpassen om grote veranderingen te kunnen bewerkstelligen. In mijn blog Vergeet de Raket leg ik uit waarom ik geloof in een switch van het oude lineaire economische systeem (de ‘raket’) naar de kracht en het grote herstellende vermogen van de circulaire economie (‘de gyroscoop).
Competitie? Niet meer van deze tijd
Ik zie een scenario voor me waarin de technologie het economisch systeem reguleert en ons helpt alles in balans te houden. Noem het ‘technolisme’ (een soort technologisch socialisme), een techno-systeem dat regels bepaalt aan de hand van de live waarnemingen uit de markt. Zo’n systeem, gericht op een balans-economie, kan excessen die door groei worden aangejaagd voorkomen. Waarschijnlijk is het in dit kader zelfs een slim idee bedrijven die boven een bepaalde omvang zijn gegroeid niet meer door mensen te laten besturen, maar door technologie. Het zou bovendien meer ruimte op de markt bieden aan kleinere, lokale bedrijven die de verbinding met hun klanten niet uit het oog zijn verloren. In zijn internationale bestseller Reinventing Organisations stelt voormalig McKinsey-adviseur Frederic Laloux in 2015 al dat we langzaam maar zeker verschuiven van een tijdperk van ‘competitie’ naar een tijdperk van ‘delen’. Groei-denken, oftewel raket-denken, hoort in die nieuwe tijd niet meer thuis.
OVERHEID & POLITIEK: meer vertrouwen en regie bij de burgers
Ook in de politiek is de digitalisering niet meer weg te denken. Gebaseerd op de blockchaintechnologie is in Estland een innovatief burgerregistratiesysteem gebouwd. Ook in Zwitserland is men hier al mee bezig. Alle gegevens van burgers worden maar één keer opgeslagen, blijven te allen tijde eigendom van de persoon in kwestie. De techniek zelf valideert alle gegevens. Dit verandert het hele datasysteem van de overheid, snijdt in alle overbodige kosten en stelt de burger centraal. Het nieuwe registratiesysteem stelt burgers onder meer in staat via een ‘dapp’ (distributie-app, of blockchain-app) op hun smartphone te stemmen met realtime feedback over de uitslag. Veel verder weg, in Australië, experimenteerde de overheid al eerder met soortgelijke gedachten. Met een dergelijke gedigitaliseerde overheid kunnen referenda en burger-enquêtes een enorme vlucht nemen. De positie van de politieke voorman komt daarmee in een ander licht te staan. Vier jaar mandaat voor een politiek leider en een regering zou wel eens te lang kunnen zijn voor sommige onderwerpen in een snel bewegend politiek en economisch veld.
Politiek beoefenen kan 'iedereen'
Mijn verwachting is dat burgers bij dergelijke ontwikkelingen een hernieuwde interesse in de politiek zullen laten zien. Het voelt dichterbij, je kunt ook gewoon vanuit je stoel invloed uitoefenen. Dat technologie voor een groot deel garant zal staan voor een goed en eerlijk opererende overheid, zal wie van plan is om de politieke arena in te stappen vertrouwen geven en wellicht over de streep trekken.
Nieuwe generaties voelen zich waarschijnlijk aangetrokken tot de disruptieve mogelijkheden van moderne gedistribueerde technologie in het spel van besluitvorming. Vanuit dit scenario zal de politiek door haar fundamentele beslissingen de koers beïnvloeden van de economie. Dit zien we al door de aandacht die er momenteel is voor cryptomunten en de invloed die zij hebben op instituten als de centrale banken. Opmerkelijk is daarbij hoe verschillende landen op uiteenlopende manieren deze bewegingen erkennen en er in meegaan.
ONDERWIJS: kinderen leren mensen te zijn
De afgelopen decennia hebben we beproefde organisatiemodellen zien veranderen en complete sectoren zien kantelen. Dat heeft ook consequenties voor de bron van onze maatschappij en economie: het onderwijs. Er is vraag naar vormen van onderwijs die zich beter kunnen aanpassen aan de dynamiek van een toekomstige (live) economie. Om maar eens twee aspecten te noemen die in het licht van de digitalisering flinke uitdagingen bieden: ‘leren leren’ en ‘toetsen’.
Artificial intelligence ontwikkelt zich verder en wij moeten wel mee. Het onderwijs moet mee. Kennis verzamelen, stampen, leren rekenen... Het heeft weinig zin in een door technologie gedreven systeem. Zoals Jack Ma (chairman van Alibaba) onlangs treffend verwoordde, moeten we onze kinderen niet leren in competitie te gaan met technologie. We moeten ze de vaardigheden leren die ze nodig hebben om ‘humans’ te zijn. Kinderen moeten leren leren en leren samenwerken. Humanistische richtingen als filosofie en zgn. soft skills als zelfbewustzijn, netwerken, stressbestendigheid, worden steeds belangrijker, ook in de zakelijke markt.
Het gezamenlijke doel vóór de individuele prestatie
De verschuiving van ‘competitie’ naar ‘delen’ als belangrijke drijfveer, moeten we naar mijn idee ook meer gaan terugzien in het systeem van toetsen op de scholen. Dus liever de kwaliteit van samenwerking toetsen, dan de hoeveelheid (tijdelijke) kennis die is vergaard. Kijken waar we elkaar kunnen helpen om samen naar een volgend niveau te komen. Dat zal een aardige mindshift zijn voor veel leerlingen die hun motivatie eerder halen uit ‘de beste willen zijn’ dan uit het werken aan een gezamenlijk doel.
Toetsen waren in het huidige systeem nodig om prestaties te controleren. Steeds vaker worden prestaties aangeleerd en geoefend in een technologisch verbonden systeem en zal toetsing niet meer nodig zijn. We zien dus dat de tussenschakels die moeten zorgen voor validatie langzaam waarde aan het verliezen zijn.
GEZONDHEIDZORG: meer tijd en kwaliteit in de zorg
Het behoort helaas tot een romantisch verleden; de huisarts die al zijn cliënten kent en de tijd heeft om zich niet alleen in hun gezondheid maar ook in hun situatie te verdiepen. De wijkverpleger die na het aantrekken van de steunkousen nog even kan gaan zitten om te luisteren naar een eenzame cliënt. Het zorgsysteem is volledig overstuur door technologische achterstand en het is de vijand geworden van artsen en patiënten. Dossiers bijhouden, data overschrijven, processen in het gareel houden neemt bijna meer tijd in beslag dan daadwerkelijke zorg. Hier zal de digitalisering langzaam zorgen voor nieuwe zorgsystemen die vooral rust en tijd moeten opleveren. De cliënt is daarbij eigenaar van zijn eigen gegevens en bepaalt wie er wanneer toegang krijgt. Een gedistribueerd model waarin gezondheidsdata altijd actueel en correct zijn en iedereen die daar inzicht in krijgt wordt geregistreerd. Het werk van artsen en zorgverleners kan worden versterkt en deels zelfs overgenomen omdat het systeem in staat is voorspellingen te doen en nauwkeurige diagnoses te stellen op basis van de gegevens in het zorgdossier. De gedigitaliseerde samenleving maakt op die manier de weg vrij voor een terugkeer van de ‘ouderwetse’ arts. De vertrouwenspersoon die je helpt om met een gezond lichaam en geest door deze complexe maatschappij te laveren.
Naar een balans-economie
Zoals gezegd; dit artikel is slechts een verkenning, met alle beperkingen van dien. Er zijn meer sectoren waarin de invloed van digitalisering in de nabije toekomst voor interessante en spannende wendingen zal zorgen, denk maar aan de industrie, logistiek of de bouw. En ook in de sectoren die ik hier even aanstipte zal de ontwikkeling richting een live economy veel meer en wellicht ingrijpender gevolgen hebben dan hier genoemd. Rode draad is dat veel beslissingen, op allerlei gebied, steeds minder met gezond verstand worden genomen, en steeds meer op basis van computerberekeningen en algoritmen. Ik denk dat die ontwikkeling ons helpt om te komen tot een ‘balans-economie’, waarin groei niet meer voorop staat maar de nadruk ligt op circulariteit, diversiteit, delen, open source, netwerk, wereldwijde verbondenheid. Ik kijk er met verlangen naar uit.
Geschreven op 14 februari 2017
Komentarze